Aanpak en achterliggende filosofie

Al sinds lange tijd realiseren we in Nederland een beperkt aantal projecten met een bijzondere kwaliteit. Het zijn koploperprojecten waarin ecologie, economie en welzijn hand in hand gaan. De gangbare praktijk is echter dat er bij ontwikkelingen te weinig nagedacht wordt over een duurzame kwaliteit van het gebied. Waar dat wel gebeurt ligt er vaak een focus op een beperkt aantal thema's. De goede voorbeelden, de koploperprojecte, krijgen te weinig vervolg, duurzame ontwikkeling in de volle breedte is beslist nog geen gangbare praktijk.

Waarde toevoegen

Met deze handreiking willen we iedereen stimuleren te werken aan een duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Doel, ontwikkelingen realiseren die waarde toevoegen aan ecologie, economie en welzijn. Of in meer gangbare termen: waarde toevoegen aan people, planet en profit (de zogenoemde Triple P). Dit is ambitieus, maar nodig. Pas wanneer we er werkelijk in slagen de drie p's met elkaar in balans te brengen is er sprake van een werkelijk duurzame ontwikkeling. Nu is er veelal sprake van suboptimalisatie door een focus op een beperkt aantal thema’s, schieten we juist door op slechts één van de dimensies, of gaat de kwalitiet op één van de dimensies zelfs sterk achteruit. Dit leidt tot aardige successen maar ook tot problemen. Als er een onbalans is tussen people, planet en profit is er geen sprake  van een duurzame ontwikkeling.

De vraag waarom een ruimtelijke ontwikkeling duurzaam zou moeten zijn, is voor ons een overbodige vraag. Wie wil niet dat het in een gebied nu en straks prettig is om te verblijven? Wie wil niet dat gebiedskwaliteiten toekomstbestendig met elkaar samenhangen en dat investeringen in vastgoed en openbare ruimte waardevast zijn? Een gebied met kwaliteit en dat lang meegaat is de meerwaarde van een duurzame ruimtelijke ontwikkeling.

Door bij ruimtelijke ontwikkelingen steeds te zoeken naar mogelijkheden voor waardecreatie waarin er een balans bestaat tussen de drie P’s is duurzame ruimtelijke ontwikkeling geen last maar juist een kans. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling is niet voor bange mensen, maar wel voor mensen die passie voor gebieden hebben en hoge ambities willen en kunnen nastreven. Bovendien draagt een duurzame ontwikkeling van een gebied bij aan een meer duurzame ontwikkeling van grotere gebieden tot zelfs op mondiaal niveau toe. We gaan zuiniger om met (schaarse) grondstoffen, we wentelen vervuiling niet af op aanpalende gebieden, de uitstoot van CO2 vermindert, etc. zonder dat dit de kwaliteit van onze leefomgeving belemmert. Sterker nog, die wordt er alleen maar beter door.

Wat dat betekent de 3P's met elkaar in balans en het toevoegen van waarden is beschreven in de kernwaarden voor duurzame ruimtelijke ontwikkeling.

Maatschappelijke urgenties

Waarde toevoegen lukt alleen wanneer er sprake is van een urgentie en we hier bij aan kunnen sluiten. Ruimtelijke ontwikkelingen worden altijd gedragen door een maatschappelijke urgentie (woningtekort, wateroverlast, energieprobleem etc.).  Het streven naar duurzame ontwikkeling kan tot een urgentie leiden. De ecologische hoofdstructuur waar de afgelopen jaren aan gewerkt is, is daarvan een voorbeeld.
Vaak echter zal het streven naar een duurzame ontwikkeling gekoppeld moeten worden aan een maatschappelijke urgentie, vertaald in de gebiedsurgentie. Een voorbeeld zijn ondernemers in een gebied die investeringsplannen hebben waardoor het gebruik sterk kan veranderen. Een ander voorbeeld, een aantrekkelijk gelegen gebied is een gewilde vestigingsplaats voor mensen die van buiten het gebied komen. Een (maatschappelijke) urgentie is de aanleiding voor een proces van ruimtelijke ontwikkeling.  
Naar aanleiding van de gebiedsurgenties kunnen de volgende vragen gesteld worden:

  • Is hier werkelijk sprake van een urgentie?
  • Passen deze urgenties bij de karakteristieken van het gebied?
  • Welke mogelijkheden biedt de urgentie om te werken aan een duurzame ontwikkeling?

In de handreiking ligt de focus op de laatste twee vragen. Echter de eerste vraag is natuurlijk ook van belang. Soms is niets doen een stuk duurzamer dan proberen iets duurzaams te doen.