Bijlagen
1. Schaalniveau
- Op het hoogste schaalniveau voorkomen dat het winnen van beschikbare grondstoffen in de toekomst niet wordt belemmerd (bijvoorbeeld de winning van bijzondere zanden).
- Op de tussenliggende niveaus is dit thema nauwelijks relevant.
- Op het laagste schaalniveau gaat het om de keuze van materialen en producten die gebruikt worden voor gebouwen of in de grond- weg- en waterbouw.
2. Bruikbare instrumenten
- Cradle tot Cradle (C2C). C2C wordt gezien als een communicatief zeer sterk concept dat veel energie losmaakt bij partijen en uitdaagt tot hogere ambities. Er is echter ook kritiek op C2C: energie en transportkwestie spelen nauwelijks een rol; de echte uitdagingen bij gebiedsontwikkeling (mobiliteit, groen, water etc.) blijven onderbelicht en het concept is niet goed doordacht voor het geval de hele wereld conform C2C principes ingericht wordt. Echter voor het realiseren van ambities op het gebied van grondstoffen en afval is het een goed en bruikbaar instrument.
- Levenscyclus analyse (LCA) van materialen.
- GreenCalc, EcoQuantum, GPR Gebouw, DuboCalc en BREEAM NL. Deze instrumenten beoordelen de milieu-impact van gebouwen. Het gebruik van materialen (en producten) is hierbij één van de thema’s waarop getoetst wordt. De basis van deze toets ligt in de levenscyclusanalyse van materialen en producten die in de bouw gebruikt worden. Sinds 2008 wordt gewerkt aan een nationale database waarin de resultaten van de uitgevoerde analyses beschikbaar worden gesteld, ook wordt gewerkt aan harmonisering van de berekeningswijze.
3. Haalbaarheid
Het volledig gebruik maken van hernieuwbare grondstoffen op lokaal niveau geproduceerd is niet realistisch. Tegelijkertijd moeten we ons er van bewust zijn dat de beschikbaarheid van niet hernieuwbare grondstoffen zeer divers is. Zand, klei, grind, kalk, ijzer en dergelijke zijn er in overvloed. Hier is de beschikbaarheid niet zozeer het probleem als wel de effecten van grondstofwinning en verwerking. Grondstoffen als olie, koper, lood en dergelijk zijn veel schaarser, los van de milieuschade die ontstaat bij winning en verwerking is hier ook het beheer van de voorraden een belangrijk punt.
4. Betaalbaarheid
De traditionele levenscyclusanalyse onderzoekt de milieueffecten van grondstoffen, materialen en producten. Daarnaast is het zinvol ook de kosten gedurende de levenscyclus in beeld te brengen. De kosten voor grondstofwinning, verwerking, productie en transport zijn verrekend in de kostprijs voor producten. De kosten voor beheer en onderhoud en voor afdanking zijn over het algemeen geen onderdeel van de kostprijs. Voor apparaten en auto’s kennen we de verwijderingsbijdrage waarin de kosten voor afdanking afgerekend worden. Voor bouwmaterialen bestaat een dergelijk systeem niet en, gezien de levensduur van een ruimtelijke ontwikkeling is dat ook niet zinvol. Echter de kosten voor sloop, afvoer etc. zijn wel degelijk relevant en zouden een rol moeten spelen bij de keuze voor materialen en producten.
5. Onderlinge versterking
Het zorgvuldig omgaan met grondstoffen past binnen de ambities van het thema duurzaam bouwen en het thema energie.
